Overheid & Milieu

Volwassen duurzaamheidsbeleid krijgt vaste vorm

Vergroening en verduurzaming van de havens en industrieterreinen is een van de speerpunten van Groningen Seaports. Het is een onderwerp waar Seaports met tal van belangen te maken heeft, die lang niet altijd gelijk op gaan. Desalniettemin stelt Seaports vast dat sprake is van een toenadering tussen partijen. Ondernemingen hebben onder invloed van maatschappelijke aandacht voor duurzaamheid, meer oog voor milieubelangen. Seaports signaleert bij de bedrijven in de Eemsmond-regio toenemende bereidheid tot innoveren en investeren in duurzame producten en processen. Tegelijkertijd zien we dat natuur- en milieuorganisaties radicale standpunten matigen en meer oog hebben voor economische belangen. In het Eemsmondgebied, waar de havens aan de ecologisch waardevolle Waddenzee en Eems grenzen, komen de belangen letterlijk samen. Zowel bedrijven als milieuorganisaties lijken zich steeds sterker ervan bewust dat overleg vaak productiever is dan actievoeren, polariseren en het innemen van onwrikbare standpunten. Ondertussen neemt de overheid steeds vaker een afwachtende houding in en laat ze het aan de direct betrokken partijen over om tot overeenkomsten over milieuzaken te komen. Binnen dit geheel bevindt Groningen Seaports zich als bemiddelaar, aanjager, stimulator, leverancier van ideeën en initiatiefnemer.

Seaports vindt het belangrijk die rollen op zich te nemen, want in de Eemsmondregio kunnen alleen dan activiteiten succesvol worden ontplooid onder consensus van bedrijven, natuur- en milieupartijen, de overheid en – niet te vergeten – de omgeving.
Seaports vindt het daarnaast van belang zelf een voorbeeldfunctie te vervullen, om daarmee de bedrijven in de omgeving te inspireren. Ze doet dat onder meer met een 100 procent duurzaam inkoopbeleid, door de hoeveelheid havenafval te verminderen en door gebieden in te richten voor natuurcompensatie en deze beschikbaar te stellen voor tijdelijke natuur.
Wat het punt van tijdelijke natuur betreft is er wat Groningen Seaports een accentverandering in het beleid wenselijk. De huidige regels vanuit Natura 2000 staan gebruik van terreinen voor tijdelijke natuur in de havengebieden juist in de weg. Want wanneer ergens nieuwe natuur ontstaat en er vestigen zich zeldzame dier- of plantensoorten met een beschermde status vanuit Natura 2000, betekent dat vaak een belemmering voor nieuwe, nabijgelegen economische activiteiten. Het zorgt voor terughoudendheid bij de inrichting van tijdelijke natuur. Seaports bepleit bij nationale en regionale politici en ook in een orgaan als de Havenraad voor andere regels, die de mogelijkheden voor natuurontwikkeling binnen de haventerreinen verruimen. Immers, het mag leuk zijn om wat voor natuur te doen.

E-Pact

In 2010 is veel energie gestoken in de totstandkoming van het E-Pact, het duurzaamheidsakkoord dat bedrijven in het Eemsmondgebied, natuur- en milieu-organisaties (Natuurmonumenten, de Milieufederatie, het Groninger Landschap, de Waddenvereniging) en Groningen Seaports wilden sluiten.
In het E-Pact beloven Seaports en de bedrijven een stap voorwaarts te maken in de techniek van de energiecentrales, CO2-reductie, energietransitie, natuurherstel, vaargeulverdieping, havenuitbreiding, het opstellen van een groene havenvisie en terugdringen van emissies. In ruil voor dit streven zouden natuur- en milieuorganisaties afzien van het doen van schorsingsverzoeken voor lopende procedures.
De intenties van de organisaties om te komen tot daadwerkelijke veranderingen illustreert de verbeterde verhoudingen tussen de partijen die voorheen regelmatig lijnrecht tegenover elkaar stonden. Groningen Seaports waardeert de realistische houding van milieuorganisaties op dit punt. Het laat tevens zien dat de sfeer waarin Seaports en milieubewegingen met elkaar spreken ten positieve verandert.
Alle goede bedoelingen ten spijt, hebben de gesprekken niet tot een convenant met harde afspraken geleid en daarmee zijn beroepsprocedures niet volledig van tafel, met name die gericht tegen de verlenging van de milieuvergunning en de natuurbeschermingswetvergunning voor bouw van de energiecentrales door RWE en NUON. Bij beide zijden bleek een aantal principiële bezwaren niet te kunnen worden weggenomen. In plaats van het convenant ligt er wel een manifest. Daarmee is het weliswaar niet tot resultaatverplichtingen gekomen, maar er zijn wel afspraken gemaakt over inspanningsverplichtingen. Seaports ziet het als een belangrijk winstpunt. Bovendien is gedurende het proces het begrip over en weer versterkt en is de kennis van elkaars materie verhoogd.

Ecoports

Een belangrijk moment in 2010 was de hernieuwde Ecoports-certificering. In het verslagjaar heeft Seaports voor de derde keer dit certificeringstraject afgerond. Het verkrijgen van dit duurzaamheidspredikaat is allerminst een vanzelfsprekendheid, want het wordt slechts opnieuw verstrekt indien de organisatie aantoonbare vooruitgang boekt op het vlak van milieu en duurzaamheid.
In negen taakgroepen werken Seaports-medewerkers aan verbetering op de volgende terreinen:

  • Fishing for Litter, verwerking van afvalbijvangst van vissers.
  • Klachtenprocedure voor milieukwesties.
  • Toetsing van activiteiten en beleid van Groningen Seaports aan criteria van bijvoorbeeld het innovatieplatform SenterNovem. Seaports streeft ernaar in 2010 volledig te voldoen aan de duurzaamheidscriteria van SenterNovem. Dat houdt bijvoorbeeld in dat alle diensten die Seaports inkoopt, volledig duurzaam dienen te zijn. Heeft ook betrekking op duurzaamheid leasewagenpark.
  • Gedragscode voor ecologisch groenbeheer.
  • Natuurcompensatie.
  • Inrichten van tijdelijke natuur.
  • Energiebesparende openbare verlichting.
  • Bevordering van duurzaamheid op de kantoren van Seaports door bijvoorbeeld 'groener' papier en andere printers te gebruiken en plastic bekers te vervangen door stenen. Ook de verduurzaming van het wagenpark is beoordeeld.
  • Vermindering van reiskilometers door bijvoorbeeld videoconferencing.
  • Uitdragen van verduurzaming door onder meer plaatsing van het Ecoports-logo op briefpapier.
  • Walstroomproject in de Eemshaven. Zodat schepen niet hun eigen stroom hoeven op te wekken.

Bestemmingsplannen

In 2010 is gewerkt aan herziening van het bestemmingsplan voor het industriegebied Oosterhorn in Delfzijl. Seaports wil het thema duurzaamheid in deze plannen zoveel mogelijk ruimte te geven.
Om bedrijven goed te kunnen faciliteren, pleit Seaports daarnaast voor meer flexibele bestemmingsplannen, bijvoorbeeld door zaken als geur- en luchtkwaliteit voor het terrein Oosterhorn als geheel vastleggen. Nu worden dergelijke voorschriften nog via vergunningen per bedrijf bepaald. In 2010 hebben we bescheiden stappen gezet om dergelijke nieuwe regelgeving te realiseren.
Het komt de flexibiliteit in ontwikkeling van het terrein ten goede, omdat bedrijven meer ruimte wordt geboden. Dat wil allerminst zeggen dat ondernemingen de volle vrijheid wordt gegeven, de kaders worden scherp bepaald. Maar we vermijden ermee dat bepaalde bedrijvigheid op voorhand wordt uitgesloten.
Wat hierboven voor Oosterhorn staat omschreven geldt ook voor het nieuwe bestemmingsplan voor de ontwikkeling van industriegrond ten zuidoosten van de Eemshaven.

De belangrijkste zaken uit 2010 op een rij:

  • Volwassen duurzaamheidsbeleid krijgt verder vorm.
  • Toenadering en productief overleg tussen natuur- en milieuorganisaties, bedrijvigheid, Groningen Seaports en overheden.
  • Onderhandelingen over E-Pact monden uit in manifest.
  • Groningen Seaports verkrijgt opnieuw Ecoports-certificaat.
  • Ontwikkeling van nieuwe bestemmingsplannen voor Oosterhorn en het terrein aan de zuidoostzijde van de Eemshaven.

Vooruitblik

De komende jaren wordt de basis gelegd voor de Havenvisie 2030. Daarin zal duurzaamheid de rode draad zijn, zodat het nieuwe document ook een waarlijk 'groene' Havenvisie wordt. Zaken als verbetering luchtkwaliteit, duurzaam energiegebruik, ecologie en landschap, duurzaam ruimtegebruik en omgang met afvalstromen zullen verder vorm krijgen in een volwassen durzaamheidsbeleid.
In het kader van de ambitie om volgend jaar opnieuw als Ecoports te worden aangemerkt is een reeks van circa veertig voornemens geformuleerd die alle zijn gericht op verdere verduurzaming.
Ten behoeve van het nieuwe beleid worden in 2011 onder meer de lange-termijnontwikkelingen op het vlak van duurzaamheid geïnventariseerd, zowel voor de havens als voor de industrie. Seaports vindt dat van belang omdat zo bijvoorbeeld serviceverlening en faciliteiten ontwikkeld kunnen worden, die kunnen bijdragen aan duurzaamheidsambities van de ondernemingen in het Eemsmondgebied.

Monique van den Dungen, adviseur Overheid en Milieu.

Milieubewustzijn en duurzaamheid worden binnen Groningen Seaports breed ondersteund. Groningen Seaports is zich ervan bewust dat haar activiteiten invloed uitoefenen op de omgeving en het milieu. De organisatie is zich tevens bewust van de kwetsbaarheid van deze omgeving. De organisatie streeft naar een sterk milieubesef in alle geledingen van de organisatie. Seaports verwacht ook van al haar medewerkers dat ze verantwoord handelen ten opzichte van het milieu.
Vanuit deze gedachten doet Groningen Seaports er binnen haar mogelijkheden alles aan om de invloed op de natuurlijke omgeving zoveel mogelijk te beperken, schade te voorkomen en negatieve gevolgen voor de ecologie ook daadwerkelijk te compenseren.